Overmatige schuldenlast van de gezinnen (i06)

In 2021 had 0,72% van de bevolking van 18 jaar of ouder een collectieve schuldenregeling in België. Om de duurzame-ontwikkelingsdoelstelling tegen 2030 te realiseren, moet dat cijfer dalen. De trend is onbepaald tussen 2007 en 2021 (evaluatie van november 2023).

The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.
The chart will appear within this DIV.

Overmatige schuldenlast van de gezinnen - België

personen met een collectieve schuldenregeling in procent van 18-jarigen en ouder

 2007201020152016202020212021//20072021//2016
België0.70.91.11.10.80.70.5-7.3
//: Gemiddelde groeivoeten

Berekeningen FPB op basis van Nationale Bank van België (2023), rechtstreekse mededeling 27/03/2023 (toestand op het einde van elk jaar) en Eurostat (2023), Population on 1 January by age and sex - DEMO_R_D2JAN__custom_5587497 (van het volgende jaar), https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 18/10/2023).

Overmatige schuldenlast van de gezinnen - België

duizend personen met een collectieve schuldenregeling

 2007201020152017202020222022//20072022//2017
België57.076.297.693.674.859.70.3-8.6
//: Gemiddelde groeivoeten

Nationale Bank van België (2023), rechtstreekse mededeling 27/03/2023 (toestand op het einde van elk jaar).

Overmatige schuldenlast van de gezinnen volgens gewest - België

personen met een collectieve schuldenregeling in procent van 18-jarigen en ouder

 2007201020152016202020212021//20072021//2016
Brussels Hoofdstedelijk Gewest0.50.60.70.60.50.4-2.4-9.8
Vlaams Gewest0.60.71.01.00.70.70.9-7.3
Waals Gewest0.91.21.41.41.10.90.5-7.0
//: Gemiddelde groeivoeten

Berekeningen FPB op basis van Nationale Bank van België (2023), rechtstreekse mededeling 27/03/2023 (toestand op het einde van elk jaar) en Eurostat (2023), Population on 1 January by age and sex - DEMO_R_D2JAN__custom_5587497 (van het volgende jaar), https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 18/10/2023).

Overmatige schuldenlast van de gezinnen volgens geslacht - België

personen met een collectieve schuldenregeling in procent van 18-jarigen en ouder

 2007201020152016202020212021//20072021//2016
vrouwen0.60.81.01.00.80.70.3-7.7
mannen0.70.91.11.10.90.80.7-7.0
//: Gemiddelde groeivoeten

Berekeningen FPB op basis van Nationale Bank van België (2023), rechtstreekse mededeling 27/03/2023 (toestand op het einde van elk jaar) en Eurostat (2023), Population on 1 January by age and sex - DEMO_R_D2JAN__custom_5587497 (van het volgende jaar), https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 18/10/2023).

Overmatige schuldenlast van de gezinnen volgens leeftijd - België

personen met een collectieve schuldenregeling in procent van 18-jarigen en ouder

 2007201020152016202020212021//20072021//2016
18-240.20.20.20.20.10.1-3.6-12.3
25-340.91.21.41.40.90.8-0.8-10.3
35-441.11.51.91.81.41.30.7-7.3
45-541.01.31.61.61.31.21.2-5.8
55-640.60.81.01.00.80.71.7-5.9
>640.10.20.30.30.30.24.4-3.0
//: Gemiddelde groeivoeten

Berekeningen FPB op basis van Nationale Bank van België (2023), rechtstreekse mededeling 27/03/2023 (toestand op het einde van elk jaar) en Eurostat (2023), Population on 1 January by age and sex - DEMO_R_D2JAN__custom_5587497 (van het volgende jaar), https://ec.europa.eu/eurostat (geraadpleegd op 18/10/2023).

Definitie: personen die geconfronteerd worden met overmatige schuldenlast of ernstige financiële moeilijkheden kunnen een beroep doen op de gerechtelijke procedure van collectieve schuldenregeling. Een schuldbemiddelaar zal in het kader van die procedure een aanzuiveringsplan van alle uitstaande schulden opstellen en het maandbedrag bepalen dat de betrokkene nodig heeft voor zijn lopende uitgaven. Dat bedrag moet voldoende zijn om een menswaardig bestaan te leiden en kan niet lager liggen dan het leefloonbedrag op maandbasis. De Centrale voor kredieten aan particulieren (CKP), beheerd door de Nationale Bank van België, centraliseert in België bepaalde gegevens over het aantal lopende collectieve schuldenregelingen. Het gebruikt hiervoor inlichtingen van arbeidsrechtbanken en schuldbemiddelaars, via het centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest. De collectieve schuldenregelingen worden automatisch uit het CKP verwijderd na afloop van de toepasselijke reglementaire bewaartermijn. De hier gebruikte indicator wordt uitgedrukt in duizenden personen en heeft betrekking op de toestand op het einde van elk jaar. Die gegevens en populatiegegevens van Eurostat die betrekking hebben op de toestand aan het begin van elk volgend jaar worden gebruikt om het aandeel van de bevolking van 18 jaar of ouder met een collectieve schuldenregeling te berekenen.

Doelstelling: de overmatige schuldenlast van de gezinnen moet dalen.

De duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen of SDG’s die de Verenigde Naties in 2015 hebben aangenomen, bevatten subdoelstelling 1.4: "Er tegen 2030 voor zorgen dat alle mannen en vrouwen, in het bijzonder de armen en de kwetsbaren, gelijke rechten hebben op economische middelen, alsook toegang tot basisdiensten, eigenaarschap en controle over land en andere vormen van eigendom, nalatenschap, natuurlijke hulpbronnen, gepaste nieuwe technologie en financiële diensten, met inbegrip van microfinanciering".

De procedure van collectieve schuldenregeling voorziet dat het maandbedrag dat de betrokkene nodig heeft voor zijn lopende uitgaven voldoende moet zijn om een menswaardig bestaan te leiden en niet lager mag liggen dan het leefloonbedrag. Omdat de procedure van collectieve schuldenregeling specifiek gericht is op personen die door hun overmatige schulden in een situatie dreigen terecht te komen die het hen onmogelijk maken menswaardig te leven, wordt een daling van het aantal personen met een collectieve schuldenregeling als impliciete doelstelling beschouwd, hetgeen aansluit bij de doelstelling vermeld bij de leefloners.

Evolutie: het aantal personen met een lopende procedure tot collectieve schuldenregeling steeg onafgebroken tussen 2007 en 2015, namelijk van 56.951 tot 97.636. Vanaf dan daalde dit aantal tot 59.717 in 2022. De redenen voor de daling sinds 2015 zijn divers. Het Observatorium Krediet en Schuldelast meldt in dit verband dat de gunstige economische groei en de dalende werkloosheid sinds 2015 die dalende evolutie deels kan verklaren (Jeanmart, 2019). Hierbij moet worden benadrukt dat de problematiek van de overmatige schuldenlast complex is. Er kunnen immers achterstallen zijn op meerdere kredieten. Bovendien kunnen ook personen met niet-kredietgerelateerde schulden (zoals fiscale schulden of betalingsmoeilijkheden met facturen in verband met gezondheidszorg, energie, telefoon of huur) een beroep doen op een collectieve schuldenregeling. Dit is het geval voor 37,4% van de personen met een collectieve schuldenregeling (NBB, 2022).

Het aandeel van de bevolking van 18 jaar of ouder met een collectieve schuldenregeling volgt een vergelijkbaar patroon als de evolutie in absolute cijfers. Tussen 2007 en 2015 steeg het van 0,67% naar 1,08%, om daarna te dalen tot 0,72 in 2021.

Internationale vergelijking: door verschillen in wetgeving zijn er binnen de EU geen geharmoniseerde gegevens beschikbaar over dat type regeling voor personen met overmatige schuldenlast.

Opsplitsing volgens gewest: De meest recente cijfers in absolute aantallen van het aantal personen met een collectieve schuldenregeling in de gewesten zijn beschikbaar voor het jaar 2022. 3.207 personen behoren tot het Brussel, 31.764 behoren Vlaanderen en 24.343 behoren tot Wallonië. Voor 403 personen is de verblijfplaats in het buitenland, niet vast of foutief geregistreerd. Samen beschouwd gaat het in 2022 om 59.717 personen in België.

Het aandeel van de bevolking van 18 jaar of ouder met een collectieve schuldenregeling is beschikbaar voor 2021. Het bedroeg in Brussel 0.38. In Vlaanderen en Wallonië was dit resp. 0.65 en 0.94. Voor België is dit cijfer 0.72. Merk op dat voor 439 personen met een dergelijke procedure is de verblijfplaats in het buitenland, niet vast of foutief geregistreerd. Zij worden hier buiten beschouwing gelaten.

Opsplitsing volgens geslacht: het aandeel van de mannelijke bevolking van 18 jaar of ouder met een collectieve schuldenregeling is steeds hoger dan dat van vrouwen. Voor mannen steeg dit aandeel van 0,71% in 2007 tot 1,15% in 2014, om daarna te dalen tot 0,78% in 2021. Voor vrouwen is dit respectievelijk 0,64%, 1,03% en 0,67%.

Opsplitsing volgens leeftijd: tussen 2007 en 2021 steeg het aandeel van de bevolking van 18 jaar of ouder met een collectieve schuldenregeling in alle leeftijdscategorieën, behalve bij de 18-24-jarigen waar dit daalde van 0,16% tot 0,1%. De bevolkingscategorie van 35-44jarigen heeft het hoogste aandeel in 2021, namelijk 1,26%, gevolgd door de 45-54-jarigen (1,19%) en de 25-34-jarigen (0,79%).

VN-indicator: de gekozen indicator stemt met geen enkele SDG-indicator overeen, maar sluit wel aan bij subdoelstelling 1.4 omdat personen die een collectieve schuldenregeling verlaten, kwetsbaar zijn en meer moeilijkheden kunnen hebben om toegang te krijgen tot bepaalde diensten en vormen van eigendom.

Bronnen

  • Algemeen

    • SDG’s, duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals): United Nations (2015), Transforming our world: the 2030 Agenda for Sustainable Development. Resolution adopted by the General Assembly on 25 September 2015, document A/RES/70/1.

    • Indicatoren: United Nations (2017), Work of the Statistical Commission pertaining to the 2030 Agenda for Sustainable Development. Resolution adopted by the General Assembly on 6 July 2017, document A/RES/71/313.

    • UN Sustainable Development: https://sdgs.un.org/ (geraadpleegd op 18/01/2023).

    • UN Sustainable Development Goal indicators website: https://unstats.un.org/sdgs/ (geraadpleegd op 18/01/2023).
  • Specifiek